Olijf's leven is aan de drukke kant tegenwoordig.
Eén en ander heeft te maken met werken in huis (25 februari komen de ramen!!!) en klussen bij zus.
Het sociale leven staat even een beetje op de achtergrond, maar dat nemen we er tijdelijk bij.
Door het kluswerk bij zus, zie ik haar en haar dochtertje G de laatste tijd wat vaker dan normaal. U hoort me daar niet om treuren. Een écht praatje 's avonds in plaats van de zoveelste stille chatsessie met heel fijne maar verre vrienden is een leuke afwisseling.
Zo viel ik deze week binnen bij zus op G's badmoment.
Het is een zalig kind, een heel creatief meisje. Ondanks alle speelgoed, speelt ze het liefst (en creatiefst) met prulletjes zoals schelpen, steentjes, takjes en andere gevonden voorwerpen. Ook in bad houdt ze zich lachend bezig met allerlei niemendalletjes. Daarbij legt ze graag uit wat ze doet en in welke "wereld" ze op dat moment toevallig zit.
Schitterend, die vrolijke onschuld.
Na het bad houdt mama een handdoek klaar, waarna G zich warm inpakt en op een bolletje gaat zitten.
Even denk ik "dat doet ze nu even omdat tante Nanna in de buurt is. Ze wil zich laten opmerken", maar zus zegt me dat dit bij haar badritueel hoort.
Ze stapt uit het bad en rolt zich op.
Olijf - steeds op stap met het fotoapparasie - legt het ritueel vast.
Ik vind het lief :)
Zaterdagochtend trekken de 3 zussen naar de bank. Er moet nog wat geregeld worden na papa's overlijden en er zijn enkele handtekeningen nodig.
Zus C heeft niet meteen een babysit geregeld, waardoor G meegaat naar de bank, gewapend - zoals altijd - met "iets" om zich bezig te houden.
Het is een geluk dat G "iets" bijheeft, want de bankbediende - hoewel vriendelijk - blijkt niet bijzonder capabel. Het gevraagde papierwerk is dan ook geen handeling van alledag. Even ziet het ernaar uit dat we "beter eens op een andere dag terugkeren wanneer de manager in huis is" maar dat zien de zussen en Olijf niet zitten. Dus wachten we geduldig. G geeft geen kik. Zij is bezig.
Haar moppenboek gebruikt ze niet (de kinderen in onze familie scholen zich graag bij in mopjes, hoewel het voordragen ervan nog enige oefening vergt... punchlines zijn een delicaat iets), tenzij om als vaste ondergrond te gebruiken.
Van waar ik sta, zie ik dat ze schrijft... of tekent. Daarbij "zit" ze op één stoel en gebruikt ze de enige andere stoel als tafel.
"Wat bekijkt ze?" vraag ik me af, maar ik moet m'n gedachten bij de bankzaak houden.
Na afloop wijst m'n zus op G's werk.
Ik kijk.
Ze heeft een stopkontakt getekend.... in perspectief.
....
Hoe meer ik G observeer, hoe meer ik haar moeder in haar zie. Mama is architecte... ga maar na.
Ik bedóel maar... zo'n achtjarig kind heeft in het kale bankkantoor nix opwindends te doen... en maakt van de nood dan maar een deugd... perspectieftekenen... een stom, doordeweeks stopkontakt!!!
Tante Nanna is fier op haar flinke nichtje :)
Eens thuisgekomen moet G's mama nog een boodschap doen. Olijf maakt zich klaar om te gaan klussen en speelt tegelijk heel eventjes babysit.
G houdt zich weer bezig.
"Tante Nanna, zou je me hier zien staan?"
Olijf kijkt op en zoekt G, ergens waar ze zou moeten staan, afgaand op waar het stemgeluid vandaan kwam.
Neen, tante Nanna vindt G niet meteen.
En dan weer wél.
Onder de lampekap.
Olijf lacht. G ook. Zij vindt het gewéldig :)
Even later valt m'n oog op één van de vele knutselwerkjes van G. Ik zie iets wat lijkt op de romp van een paard en vier dingetjes waarvan ik vermoed dat ze de poten moeten voorstellen.
"Waar dienen die ringetjes voor? En die gaatjes?" vraag ik aan 't nichtje.
"Wacht, ik zal het je tonen" antwoordt G. Ze neemt voorzichtig alle onderdelen vast, schuift ze over haar vingers en steekt triomfantelijk haar getransformeerde hand uit.
"Zóóó moet je dat gebruiken" lacht ze.
En Olijf kiekt.
Ik hou van m'n nichtje... :):):)
Kinderlijke onschuld heeft de roteigenschap om stilaan te verdwijnen met de jaren.
Het leven en z'n gebeurtenissen zitten daar voor iets tussen.
Grote mensen óók, die je gaandeweg zeggen wat kan en niet kan, wat hoort en niet hoort. Er zijn regels waaraan je je moet houden en sómmige daarvan zijn erg nuttig.
De baan niet oversteken wanneer er een wagen komt aandaveren is één zo'n nuttige regel.
Je vingers niet in het stopkontakt steken heeft ook al menig kind van een nare ervaring bespaard.
"Doe niet zo gek, de mensen kijken naar je".... dàt is dan weer iets wat - al naargelang de situatie - niet noodzakelijk een goede regel is.
Waaróm vinden we het zo nódig om van iedereen eenheidskoek te maken? Wanneer is spontaneïteit en originaliteit (niet) gewénst en wíe bepaalt dat?
Ik begrijp... gedrag en handelingen mogen anderen niet schaden of raken. Sóms kan een gedrag ook gewoon hinderlijk zijn. Ik denk spontaan aan eindeloos schrééuwende kinderen in de supermarkt bievoorbeeld. Maar wat hinderlijk is voor de éne, is dat niet noodzakelijk voor de andere. En misschien heeft dat kind (op voorwaarde dat het niet hopeloos verwend is) wel iets te zéggen met al dat geschreeuw.
Ik wijk af.
M'n punt is dat we "onze" kinderen vaak onnodige regeltjes opleggen waarmee we soms niets méér doen dan hun gevoel voor spontaneïteit vollédig ende hélemaal de kop indrukken. Tót ze op een dag begrijpen dat eenheidskoek het enige aanvaardbare is.... en conformeren.
En dan hoor je ouders zeggen "Ik vind het spijtig dat dat kinderlijke eruit is".
Tja... wat wil je?
Voor het goede begrip: dit is géén betoog om onopgevoede, ongemanierde koters op de wereld te zetten. Zoals gezegd: sociaal aanvaardbaar gedrag hééft z'n nut.
Tegelijkertijd pleit ik ervoor om ieder kind, iedere situatie en ieder gedrag apart te bekijken.
En te vieren dat we allemaal uniek zijn, net als alle anderen.
Ik hoop dat G voldoende ruimte blijft krijgen om haar ideetjes uit te werken. Dat ze niet te vaak te horen krijgt "Wat een dóm idee. Dàt krijg je nóóit verkocht!"
Met m'n zus als haar mama denk ik dat dat wel snor zit.
Die is óók fier op haar dochter... en nog geen klein beetje :)
mooi is dat.
BeantwoordenVerwijderenik heb ervan genoten.
dikke zoen
Genieten. Mijn nichtje speelde ook eens met steentjes. Buiten. Mijn zus, haar moeder, stond ernaast en keek ernaar en wachtte. Want, zo is haar motto: Er moét -ook in een kinderleven- altijd al zoveel, als er dan eindelijk wel tijd is, moet je die ook nemen. Een oudere man bleef even staan kijken en zei: 'Ik had gewild dat ik vroeger zo veel tijd had gekregen' Of iets dergelijks. Gelukkig zijn er genoeg mensen die aanvoelen wanneer je kinderen tijd en ruimte kunt, mag en moet geven (en wanneer niet). Tantes hebben daar gelukkig ook vaak goede antennes voor. Mooi geschreven ook.
BeantwoordenVerwijderen